Het moet eerst slechter worden

..wil het weer (langzaam) beter worden.
Vandaag begon fase 2 in de tuin. Het tuinhuis staat, maar binnen is het nog een grote troep, ik kan er ook nauwelijk bij.
Vandaag zijn de vijvers (3) ontmanteld. Eén is dichtgegooid, dat wordt terras en border bij het tuinhuis. De andere twee worden groter en krijgen nieuw folie.

Dat ziet er dan zo uit:

Dit is bij het tuinhuis, dit wordt het nieuwe terras. Dit was dus een vijver.....




Dit is de middelste vijver, die moet worden verdiept


En dit is de bovenste vijver, die wordt flink vergroot


En die arme vissen, die zitten opgehokt in een regenton......
In de groene bak ernaast zitten salamanders, dikkopjes en 2 hele kleine goudvisjes. Ik hoop dat alles in leven blijft! Dan mogen ze donderdag in hun nieuwe huis.

Ondertussen probeer ik nog een beetje te lezen in Nicci French: Dinsdag is voorbij. Inderdaad!

Een leeshuisje

Er gebeurt weinig op Boekhappen....maar wees gerust ik heb geen tweede leesdip. Wel lees ik weer erg weinig, maar dat komt door de rommel. In mijn tuin. Die ligt momenteel op de schop. De vijverfolie wordt vernieuwd en....ik krijg een nieuw, veel groter tuinhuis!
Het draagt de naam Madeliefje, en ik wil er echt een leeshuisje van maken, zodat ik, weer of geen weer, tot de winter eigenlijk altijd in de tuin kan lezen! Ik ben dus ook van plan om er niet alleen een lekkere stoel voor te zetten, maar ook erin, met een tafel, en een boekenplankje. Ik zie het al helemaal voor me!
Maar voorlopig ziet het er achter in mijn tuin zo uit:
















Mijn erfafscheiding is nu ook meteen weg dus ik zit lekker te kijk. Voor mij momenteel dus even niet buiten zitten (lezen). Maar bovendien kan ik zo slecht tegen rommel om me heen, dat ik veel te onrustig ben om te lezen.
Morgen wordt het nieuwe tuinhuis opgebouwd en volgende week wordt dan de rest van de tuin onderhanden genomen.

4 juni is alles klaar en ga ik....ohhh jongens....lekker lezen bij mijn tuinhuisje!
Tot dan.



Is er lezen na de dip?


Ja, dat is er zeker!
Het heeft alles bij elkaar een week geduurd, mijn leesdip. Waarin ik ook nog een migraine-aanval kreeg dus dan wordt er toch al niet veel gelezen.
Het is geen dikke pil geworden. Geen familie-saga. En geen spannend boek.
Nee, het was Ver van huis van Sue Monk Kidd dat mijn leesleven weer vlot getrokken heeft.
Een hartverwarmend verhaal, goed geschreven en, mazzeltje, ook nog vloeiend vertaald want dit boek viel in een Nederlandse vertaling uit mijn kast.

Een 'feel-good' boek, dat was dus blijkbaar wat ik nodig had!

Het verhaal wordt door Lily Owens verteld. Ze is de 14-jarige ongelukkige dochter van een perzikenkweker in het zuiden van de VS en het is 1964. Lily's moeder is overleden toen Lily 4 jaar oud was, door een nogal raar ongeluk waar ze in het begin nogal vaag over is. Als de zwarte huishoudster van de Owens, Rosaleen, geheel ten onrechte wordt beschuldigd van geweld (het is de periode waarin de zwarte bevolking nog onderdrukt werd, de tijd van de Kukluxklan) besluit Lily dat zij de enige mens die oprecht van haar houdt moet bevrijden en samen met Rosaleen ontvlucht ze haar wrede vader. Ze komen terecht in het rose huis van 3 excentrieke alleenstaande (zwarte) zusters met een bijenhouderij. Later blijkt dat het geen toeval is dat ze juist daar opduiken. Het is een warm bad, waar Lily en Rosaleen in terecht komen en gaandeweg wordt beider hart weer geheeld, nadat er wat geheimen worden opgehelderd. Het klinkt allemaal wat zoetsappig maar ik las toch vooral een heel mooi coming-of-age verhaal, waarin de zwarte strijd voor gelijke rechten een belangrijke rol speelt. Lily geeft een nogal droogkomisch commentaar op de gebeurtenissen en door haar onschuldige blik zien we hoe het leven werkelijk is: soms keihard en ellendig, maar vooral ook vol warmte en medemenselijkheid. Het is een lekker licht boek, te lezen tussen wat zwaardere literatuur door. Of natuurlijk om een leesdip te overwinnen...

Sue Monk Kidd - Ver van huis (oorspronkelijke titel: The secret life of bees)
Uitgeverij The house of books, 2003, 287 bladzijden
ISBN 9789044310948

Een soort van leesdip


Ja het is waar: ik heb een soort van leesdip. Een soort van, want het is niet zo dat ik geen zin meer heb om te lezen. Maar meer dat mijn hart er niet meer in zit. Ik lees wel goede boeken, boeken die 4 of 5 sterren krijgen, waar ik dus wel plezier aan beleef. Maar het raakt me niet meer zo. Ik heb niet de neiging om heel hard naar huis te fietsen na het werk omdat ik zo graag verder wil lezen in m'n boek. Ik heb niet meer de ervaring dat ik geen slaap heb omdat ik zo geboeid ben door mijn boek. Dat ik doorlees tot 2 uur snachts omdat ik het verhaal niet los wil laten voor het uit is. Dat idee.

Ik verlang naar zo'n boek wat je grijpt, je meesleept en na afloop buiten adem weer loslaat. Met weemoed denk ik aan de periode dat ik, begin 20, de boeken van Harold Robbins (The lonely lady, the Adventurers, Judith Krantz (Till we meet again, Mistral's daughter) en Sidney Sheldon (Master of the game, A stranger in the mirror, the other side of midnight) las. Van wat later herinner ik me Marilyn French (toen ze nog goede boeken schreef, waaronder Mijn moeders dochter en Augustus) en Erica Jong (Fear of flying). Boeken waar menigeen nu haar neus voor ophaalt (ik denk eerlijk gezegd dat ik ze zelf nu ook niet meer echt kan waarderen). Maar ze deden iets met mij. Stuk voor stuk kloeke boeken, meestal over vrouwenlevens, romantisch en ook spannend. Die boeken trokken me hun wereld in en dan was ik gewoon een tijdje weg, een ander leven in.
Of de zomer dat ik, gezeten op de veranda van het strandhuis van mijn zus, de fantasy-boeken van Terry Goodkind las (De Wetten van de magie). Af en toe even uitkijkend over zee, en dan snel weer die andere wereld in. Of de zomer, een paar jaar geleden, dat ik in een luie stoel in de tuin de drie boeken van Carol Drinkwater over haar leven in Toscane (the Olive trilogy) achter elkaar uitlas. Dan zat ik voor een tijdje niet meer in mijn eigen achtertuin, maar in Toscane, onder de olijfbomen. Die ervaring heb ik al lang niet meer gehad! De laatste keer dat ik echt een leesavontuur heb ervaren, was een paar jaar geleden met de boeken van Stieg Larsson (Millennium trilogie).
Als ik dit zo teruglees, zijn het stelselmatig niet de 'literaire' boeken die mij het meest voldoening gaven...

Misschien komt het door de leeftijd, dat je een beetje blasé wordt, maar dat hoop ik toch niet en anders weiger ik dat te accepteren.
Ik moet op zoek naar zo'n boek wat mij weer die ervaring kan geven. Het moet in ieder geval een dik boek zijn, over een leven of over meerdere generaties. Over geluk en ongeluk, liefde en drama. Iets wat me vol raakt, waardoor ik weer ouderwets meegesleept word.

Als jullie mij dus even missen, dan ben ik op zoek....of al verdwenen, in een heel dik, meeslepend boek.

Hella Haasse - Een gevaarlijke verhouding


Tja hoe gaat dat. Je leest een boek voor de leesclub over Belle van Zuylen (De liefde dus van Joke J.Hermsen). Je leest een essay over dat boek van dezelfde schrijfster Joke J.Hermsen in het boek Heimwee naar de mens. Onder dezelfde noemer ('Achttiende-eeuwse briefgeheimen) staat ook een essay over het boek Les Liaisons Dangereuses van Choderlos de Laclos. En daarin wordt een boek van Hella Haasse genoemd: Een gevaarlijke verhouding, of Daal en Bergse brieven. Een serieuze vorm van boekhoppen dus!

In Les Liaisons Dangereuses wordt een vrouw ten tonele gevoerd, de markiezin de Merteuil, die wraak wil nemen op haar ex-minnaar, de graaf De Gercourt. Hij heeft haar gedumpt voor een ander. Zij voert deze wraak uit door een andere ex-minnaar, vicomte de Valmont, over te halen de nieuwe, piepjonge en maagdelijke verloofde van De Gercourt te veroveren en ontmaagden. Ze zet hiermee een ketting van ontwikkelingen in gang die uiteindelijk leiden tot waanzinnig geworden vrouwen, de dood van De Valmont en de maatschappelijke ondergang van de markiezin zelf. Aan het eind van het boek laat de Laclos zijn van haar troon gevallen heldin, verminkt door de pokken, naar Holland vluchten.

Hella Haasse pakt de handschoen op en bedenkt dat de markiezin in een (fictief) landhuis achter de Daal- en Bergselaan in Den Haag terecht gekomen is: de villa Valmont. Via brieven voert zij een correspondentie met de markiezin waarbij ze probeert deze meedogenloze, egoistische vrouw te zien als een slachtoffer van haar tijd. Ze speelt hiermee een spel tussen fictie en werkelijkheid; ze maakt van een fictief persoon een vrouw van vlees en bloed maar doet dat in een (nieuw) fictief verhaal. De brieven worden het voertuig waarmee Haasse haar ideeen over vrouwen in de 18e eeuw aan de lezer overbrengt.
"Is het geoorloofd een door een andere schrijver geschapen personage opnieuw te gebruiken? Mag men onderbroken contouren doortrekken, kleur invullen waar plekken wit de verbeelding prikkelen, of intrigerende schaduwen doorzichtig maken? Het is niet mijn bedoeling u te veranderen, mevrouw. Eigenlijk zou ik door mijn benadering willen aantonen hoezeer men bij de interpretatie van uw persoon tot in mijn tijd toe is blijven steken in stereotypen."

Haasse kleurt de achtergrond van de markiezin in en probeert te begrijpen hoe zij tot haar daden is gekomen. Daarmee maakt zij van dit fictieve personage een historische figuur waar je als lezer in gaat geloven. Ze weeft het spel met de fictie voortdurend op een knappe manier in het verhaal; zo laat ze de markiezin reageren op de reconstructie door de schrijfster van hetgeen in Frankrijk gebeurd is:
"Er is iets wat mij niet bevalt. Ik heb telkens de gewaarwording alsof er een druk op mij uitgeoefend wordt waarvan ik niet gediend ben......maar ik bespeur in mijzelf, in mijn brein, een invloed die mij week wil maken, gevoelig."
Er wordt veel gezegd over de positie van vrouwen halverwege de 18e eeuw. Tijdgenoten passeren: de dames Wolff en Deken, Belle van Zuylen.
Er volgt een lange, minder interessante verhandeling waarin Haasse de markiezin vertelt welke boeken ze moet lezen en waarom, waarbij Haasse wel erg met haar eruditie koketteert.
Aan het eind schiet ze wat mij betreft een beetje de bocht uit maar het kan ook zijn dat ik het totaal niet begrepen heb. Daar laat ze opeens Merlijn, de magier spreken 'aan de verloren gewaande'. Dit viel voor mij totaal uit de lucht en ik kon het niet plaatsen.

Ik heb van Hella Haasse tot nu toe voornamelijk autobiografisch en essayistisch werk gelezen, maar ik durf toch wel te beweren dat dit één van haar mindere romans is. De constructie vind ik buitengewoon knap en fantasievol, maar de uitwerking een stuk minder.

Waardering: 3,5/5